Ingredienten: 

(Deeg voor het huis en de onderplaat)

• 250 gram harde boter
• 200 gram basterdsuiker
• 7 eetlepels stroop of honing
• 600 gram tarwebloem
• 2 eetlepels bakpoeder
• 2 theelepels kaneel
• 1 theelepel gemberpoeder
• 1 mespunt zout

(Voor de lijmen en versiering)

• 100 gram suiker om karamel te maken
• 20 gram poedersuiker voor de "lijm"
• veel snoep
• verschillende kleuren fondant

Werkwijze

De voorbereiding

Trek de sjablonen van gewoon papier over op bakpapier en knip ze uit.

Zie het filmpje hiernaast of (bij mobiele telefoon) hieronder. 

1. Het deeg maken. Eerst de vloeibare ingredienten mengen.

1.a Pak een weegschaal  plus  alle ingredienten voor het deeg.

 Weeg de boter, de suiker en de stroop af en doe het in een grote pan.

1.b Zet de pan op laag vuur en verwarm de boter tot ze is gesmolten en de suiker is opgelost.

1..c Laat het even afkoelen.

Wees extra voorzichtig, want suiker wordt erg heet!

2.c Voeg nu de 'droge' mix toe aan de vloeibare en roer tot een mooi glad deeg

2.d Pas, als het ècht is afgekoeld, kneed je het met je handen tot een mooi egaal en glanzend deeg.

3. Het deeg uitrollen op de sjablonen van bakpapier.

Verwarm ondertussen de oven voor op 200 graden Celsius (200°C).

3.a Leg op het eerste, uitgeknipte sjabloon op een schone ondergrond

3.b Bedek het - zoveel mogelijk - met deeg en rol het uit tot 'n halve centimeter dikte. 

Tip: Om uit te rollen, gebruiken we 2 latjes van 'n ½ cm dikte en leggen het deeg daartussen.  Een ander velletje bakpapier daarbovenop, voorkomt vastplakken aan de roller. 

3.c  Snijd het overtollige deeg met een gewoon mes weg.

3.d Leg of schuif het deeg voorzichtig op de bakplaat en trek het bovenste velletje eraf. 

Evt. scheurtjes plakken tijdens het bakken weer aan elkaar.

3.e Ga met deze stap door tot je 2 dakplaten, 2 zijkanten, 1 voorkant en 1 achterkant hebt. Bak de onderdelen niet langer dan 10 minuten in de voorverwarmde oven. 

4. Het uitrollen van de onderplaat.

4.a Laat de oven gewoon aan. Leg een groot vel bakpapier op het werkblad.

4.b Pak het overgebleven deeg en rol er een onderplaat van. Baktijd: 14min.

Tip: gebruik opnieuw 2 latjes, alleen nu iets dikker. Je kunt zelf kiezen welke vorm je het geeft, als het maar ½ cm dik blijft. 

5. Het huis aan elkaar plakken met karamel.   

Let op! Gesmolten suiker is heel erg heet! Vraag hulp van een volwassene.

5.a Schuur de ruwe zijkanten van de onderdelen een beetje glad. 

5.b  Pak wat suiker, doe het in een steelpan met een dikke bodem en laat het zónder roeren smelten.

Laat de karamel op héél laag vuur staan, want het moet zacht blijven.

5.c Neem een zijmuur en doop die met de korte kant in de karamel. Druk het op de gewenste plaats tegen een ander onderdeel. 

5.d  Pak het vervolgens voorzichtig op en doop de andere korte zijden ook in de karamel.

Advies: als de karamel te donker zijn geworden,  dan kun je het beste even nieuwe maken. Bittere karamel is niet lekker en ongzond.

5.e Bevestig de achtergevel. 

5.f Doop de schuine kanten in de karamel en druk de dakdelen erop. 

5.g  Tot slot pak je het hele huisje op en doop de onderkant in de karamel.

Druk het op de onderplaat. 

Tip: vul de karamelpan - na gebruik - direct met water, dan is het later gemakkelijk schoon te maken.